Big Brother. Sinds 2005 van de buis en opgevolgd door De Gouden Kooi, maar bij de start in 1999 kreeg het programma nog grote bekendheid door de ophef die het veroorzaakte in tv-land. Het zou een riskant sociaal experiment zijn, waarbij de programmamakers de deelnemers onvoldoende tegen zelfzich, elkaar en de gevolgen van een dergelijke ‘beroemdheid’ beschermden.
Ook een Nederlandse Indonesiër was vertegenwoordigd: Georgie de Gee. In het seizoen van 2000. Hij vertelt BelindoMag hoe het was, hoe het nu met hem gaat en wat hij heeft met Indonesië.
Gehurkt op de foto
Georgie weet nog goed hoe hij bij Big Brother (BB) terecht kwam. Hij was 26 en stond ingeschreven bij een castingburo. “Ik moest een foto opsturen waar je hele lichaam op moest staan. Ik maakte een foto van mezelf op mijn hurken en schreef erbij: ‘Zo zie je mijn voeten toch ook?’”
Aanvankelijk hoorde Georgie maanden niets. Toen werd hij uitgenodigd voor een selectiedag. Hij kwam met een vriend een uur te laat, waardoor zij tijdens de lunch binnenstapten en de irritatie van anderen opwekten. Er volgde een selectiegesprek met een meisje waarmee hij gezellig maar ook bijdehand heeft gekletst. Zij werd tijdens het gesprek steeds vrolijker.
“Binnen één week zat ik in het huis. Ik was totaal onvoorbereid. Ik had geen sponsorkleding geregeld, geen scheerspullen, niets. Het ging allemaal zo snel, opeens zat ik opgesloten!”
Dit bleek het begin van een spannend avontuur. “Het was mijn mooiste ervaring ooit!”
Back to basic
In 2000 maakten de programmamakers de honderd dagen opsluiting extra uitdagend voor de twaalf deelnemers door het thema Back to basic te introduceren. “Er was niks in huis qua etenswaar. Je moest je krediet winnen. We aten de eerste paar dagen grassoep, moesten zelf ons brood maken en de oven opstoken. De eerste paar keren mislukte dit natuurlijk en was het brood niet eens gaar of het was verbrand.”
Door de extreme omstandigheden werkte de snelkookpan van emotie goed. Dit bleek onder andere toen er op een avond precies twaalf pannenkoeken waren. “We gingen eten en ik had erge honger. Ik kreeg er als eerste één. Ik had hem al op voordat iedereen er één op z’n bord had. Een jongen flipte helemaal en ging los! Er zat hem blijkbaar meer dwars dan dat. Ik wilde hem slaan, maar dan moest je direct het huis uit. Dus ik ging weer zitten en telde tot tien. Op de opleiding Psychologie aan de Universiteit van Amsterdam, werd dit incident gebruikt als voorbeeld, hoe iemand van heel kwaad naar heel rustig kan gaan door tot tien te tellen, mede door het besef dat er een camera was.”
Bekendheid
Georgie werd vierde en viel net buiten de boot voor een podiumplek. “De dag nadat ik uit het huis was, werd ik meteen benaderd door De Telegraaf, maar ik had een geheimhoudingscontract. De nummers één, twee en drie werden vervolgens overal uitgenodigd.”
Toch bleek zijn deelname niet onopgemerkt te zijn. “Na het huis ging ik naar Kreta op vakantie. Ik moest met iedereen op de foto. Het is een internationaal programma en was overal bekend. Deuren gaan opeens voor je open. Je wordt voor feestjes en alles uitgenodigd. Je doet dingen die je normaal niet zou doen door je bekendheid, zoals bijvoorbeeld voetballen met bekende Nederlanders. Ik kwam later mensen tegen die zelfs hun kind naar mij hadden vernoemd!”
Zijn roots niet vergeten
De familie van Georgies moeder is Indonesisch. Zij komt uit een groot gezin van twaalf, waarvan een deel van de kinderen in Indonesië is geboren, één op de boot in het jaar dat de familie onderweg was naar Nederland en een deel in Nederland. Zijn moeder behoorde tot die laatste groep.
Eenmaal in Nederland begon de familie de Indonesische cultuur te mengen met de Nederlandse. De ouders voedden Georgies moeder Nederlands op en zij trouwde uiteindelijk een Nederlander. Georgies moeder is nooit naar Indonesië geweest, ondanks dat haar man graag mee zou willen. Georgie lacht: “Hij valt op Indonesische vrouwen.”
Ondanks de beperkte interesse van zijn moeder in haar roots, heeft ze toch wat cultuur aan Georgie en zijn broer meegegeven. “Ze gebruikte woorden zoals ‘rakus’, ‘cepok’ en ‘pedis’. Ook kookte ze soms Indonesisch, ketjap smoor bijvoorbeeld. Dat had ze meegekregen vanuit huis. Nu maakt ze het alleen op verjaardagen. Nederlands eten vindt ze gemakkelijker.”
Daarnaast ziet Georgie wat Indonesische eigenschappen in zijn moeder en zichzelf terug. “Ik denk dat Indonesiërs strenger zijn en dat heb ik ook in me. Ik ben strenger tegen de kinderen dan mijn [Nederlandse] vriendin. Ze moeten van mij bijvoorbeeld per sé hun kamer opruimen. Mijn vriendin is daar makkelijker in.” Dat kent Georgie niet vanuit huis. “Mijn moeder sloeg me nog met een pollepel, iets wat zij overigens ontkent.”
Het familieleven van Georgie is nog maar weinig Indonesisch. Toch vergeet Georgie zijn roots niet. “Als de kinderen later groter zijn, wil ik ze meer vertellen over hun roots. Dit zal toch later ter sprake komen.”
Hij heeft altijd aan zijn opa verteld dat hij een keer naar Indonesië gaat, maar het is er nog niet van gekomen. “Ooit ga ik daar naartoe,” zei hij met zekerheid. (Liz van Velzen)
Foto: worldofbigbrother.com