Mijn avontuur naar Dieng begon nadat ik per ongeluk op een reisblog terecht kwam waarop een trip naar Dieng met overnachting werd aangeboden tegen een zeer schappelijke prijs. Dieng is een vulkanisch complex in Wonosobo, Centraal-Java, dat nog steeds enkele actieve kraters heeft. De term Dieng is afgeleid van de woorden Di, wat plaats of berg betekent, en Hyang, wat god betekent in de taal van de Kawi. Met andere woorden kan worden gezegd dat Dieng de verblijfplaats van de goden is.
Na een Oud&Nieuw zonder plannen, was ik vastbesloten om 2013 te beginnen met een avontuur. Een nieuw jaar, een nieuw avontuur, dacht ik. En Dieng was de perfecte keuze. Ik plande meteen de reis.
Ik begon mijn reis van Jakarta naar Bandung. Vanaf Terminal Cicaheum in Bandung, nam de nachtbus me mee naar Wonosobo op Centraal-Java. Na een reis van 14 uur kwam ik ongeveer om 4.00 uur ‘s ochtends aan op Wonosobo’s Monument Park. Terwijl ik op de bus naar Batur wachtte, ging ik op jacht naar eten. Dit is de bus die me naar Dieng zou brengen.
Om 6.00 uur ‘s ochtends vertrok de bus uiteindelijk. Een kaartje naar Dieng kost Rp 8.000 (zo’n €0,60) en de reis duurt ongeveer 45 minuten. Na het passeren van de stad, waar geen bezienswaardigheden zijn, reden we door de kronkelende wegen en werden we getrakteerd op een verscheidenheid aan prachtige landschappen: heuvels en plantages, huizen van de lokale bevolking en niet te vergeten de berg Slamet, die een prachtige aanzicht biedt. Voor stadsmensen zoals ik, zijn plaatjes als deze een echte lust voor het oog.
Nadat we het enorme bord met de tekst ‘Selamat Datang Dieng’ hadden gepasseerd, maakte ik me gereed om de bus te verlaten. Ik stapte uit aan de overkant van het Dieng Plateau Homestay, de accommodatie waar ik die nacht zou verblijven. De plaats was vrij verlaten toen ik binnentrad, maar het was te verwachten aangezien ik vooraf te horen kreeg dat ik de enige gast zou zijn. Een van de gastheren bracht me naar de tweede verdieping en ik mocht kiezen uit twee kamers die beschikbaar waren. Gezien het onvriendelijke weer besloot ik de kamer te nemen die het dichtst bij de kachel bevond en tevens een eigen badkamer had. Alleen al tijdens het droge seizoen kan de temperatuur in Dieng in de ochtend zakken tot0° graden Celsius. Ik kan me niet voorstellen hoe koud het dan kan zijn in het regenseizoen.
Ik rustte eerst even uit en begon daarna met het verkennen van het Dieng gebied. Ik kreeg een kaart (of eigenlijk een ruwe schets mee van de gebieden in de vorm van stippen) van het toeristische gebied dat is onderverdeeld in twee grote plaatsen, namelijk Dieng I en Dieng II. Ik twijfelde zelfs of de afstanden op kaart accuraat waren. Desondanks besloot ik te beginnen met het bezoeken van de Arjuna Tempel Complex in Dieng I.
Toen ik daar aankwam, was de poort wijd geopend en geen bewaker te zien. Dus liet ik mezelf maar binnen. In dit complex staan slechts nog vijf van meer dan duizend jaar oude tempels nog stevig op hun plaats. Dit zijn de Arjuna Tempel, Semar Tempel, Srikandi Tempel, Puntadewa Tempel en Sembrada Tempel. Er zijn nog twee tempels gelegen in het gebied dat buiten het complex ligt, namelijk de Gatot Kaca Tempel en Bima Tempel. De prachtige tuinen met pijnbomen en bloemen rondom het tempelcomplex in het midden van een oase van rust en sereniteit waren adembenemend.
Zoals gebruikelijk zijn zowel lokale als buitenlandse toeristen allemaal druk bezig zichzelf te vereeuwigen tussen de tempels. Helaas konden sommige van deze duizend jaar oude stenenniet ontsnappen aan de handen van een bevlieging. Blijkbaar zijn sommige mensen niet alleen tevreden met het maken van foto’s en hebben ze de behoefte om de naam van zichzelf, van hun geliefde of wie dan ook met merkstiften op de stenen te schrijven. Misschien hopen zij hiermee dat hun relatie net zo lang meegaat als deze stenen.
Mijn teleurstelling was echter snel vergeten op het moment dat ik de tempels in dat complex binnentrad. De grootte van de tempels waren niet geweldig, desondanks omringde een aura van mystiek de donkere en vochtige ruimten van de tempels.
Daar vandaan vervolgde ik mijn reis naar het Museum Kailasa grenzend aan Candi Gatot Kaca. Ik moet zeggen dat het museum in vrij goede staat is en de kunstvoorwerpen en andere waren goed tentoongesteld. Tevens konden we kijken naar een documentaire over de geschiedenis van de tempels in Dieng. Het was allemaal zeer informatief.
Ik ging verder naar het volgende punt, Kawah Sikidang (Sikidang Krater), ook wel bekend als de springende vulkanische krater. De belangrijkste krater leek altijd in beweging, alsof het continu aan het springen was om een nieuwe plek te vinden. Hoewel ik langs de weg constant werd aangesproken door ojek (motorfiets taxi’s), was ik standvastig en liep de drie kilometer afstand. Inderdaad, het klinkt als een heel eind, maar door te lopen kon ik genieten van het prachtige landschap en de sfeer van de lokale bevolking. Er waren vele eetkraampjes langs de kant van de weg, dus geen zorgen als je dorstig of hongerig werd.
Toegangskaartjes voor Kawah Sikidang kosten Rp 10.000 (zo’n €0,80). Echter, nadat de bewaker erachter kwam dat ik het hele stuk had gelopen, liet hij mij naar binnen zonder te betalen. Hij moet wel denken dat ik gek was, niet te vergeten dat ik ook nog eens drie of meer kilometer moet lopen om de volgende krater te bereiken.
Maar dat deed er allemaal niet toe. Ik werd plotseling verrast door de aanblik van een dor stuk land omgeven door witte heuvels met rokerige vijvers. Ik werd verliefd op het landschap met de hete zwavel krater. Ik legde onmiddellijk het ongelooflijke landschap vast.
Eenmaal tevreden over foto’s en video die ik van de krater gemaakt had, sloeg de vermoeidheid eindelijk toe. Ik besloot om terug te gaan naar de accommodatie en eindigde de dag.
De volgende ochtend om 4.00 uur werd ik gewekt door het alarm. Ik maakte me klaar om naar de Mount Sikunir te gaan en de zonsopgang te aanschouwen. Met Bapak Supeno, die de rol van gastheer en gids op zich nam, reden we met de motorfiets door de koude ochtend van Dieng. Het duurde ongeveer 20 minuten om de top van de berg te bereiken. Ik was nog erg slaperig en het was zo koud. Maar dit nare gevoel werd eindelijk beloond toen de zon zich boven de horizon vertoonde en haar licht scheen op het adembenemende landschap van het Dieng. Alle aanwezigen probeerden dat moment vast te leggen.
Zonder het te beseffen vloog de tijd voorbij en was het tijd voor mij om terug te keren. Voor mijn terugreis had ik het genoegen om een kom mie ongklok te eten en, natuurlijk, manisan carica, een typische vrucht van Dieng die alleen in het gebied groeit. Eenmaal voldaan, maakte ik mezelf gereed om terug te keren naar Jakarta. De regen begon uit de hemel te vallen en zo eindigde mijn avontuur van de mystieke oude stenen van de verblijfplaats van de goden.
Geschreven door: N. Wudhia
Bekijk een korte clip van zijn reis naar Dieng Plateau (in het Indonesisch) hier.